U bent hier
Minister Bourgeois beschermt Gents groen en industrieel erfgoed
Vlaams minister Geert Bourgeois heeft twee voorlopige beschermingen van houtig en bouwkundig/industrieel erfgoed in Gent ondertekend. Het gaat om de plataan op het Van Duyseplein en de linden, platanen, de Sint-Agnetabrug, de Sint-Agnetasluiskom, het brugwachtershuisje en de meerpalen langs de Leie en de Coupure. In principe volgt, na het doorlopen van de procedure met onder meer een openbaar onderzoek, binnen het jaar de definitieve bescherming.
Deze beschermingen zijn de tweede fase van het thematisch beschermingspakket van het belangrijkste gekende levende houtig erfgoed in Oost-Vlaanderen.
Plataan op het Prudens Van Duyseplein
De plataan maakt deel uit van het beschermde stadsgezicht “Prudens van Duyseplein met aanpalende gebouwen in de omliggende straten” (K.B. van 05/04/1978).
Minister Bourgeois: “De alleenstaande plataan is dé blikvanger van het plein en de vijf omringende straten. Hij is uniek door zijn omvang, uitstraling en groeikracht.” De stam is takvrij tot 7m en heeft een omtrek van 4m49. Zijn kruin heeft een diameter van 11m.
Watergebonden houtig en bouwkundig erfgoed langs Leie en Coupure
De bomenrijen langs de Coupure, de zone die het kanaal en de volledige straten Coupure rechts en links overdekt, de Maurice De Weertstraat, de Albert Baertsoenkaai, de Bijlokekaai en de Lindenlei met het kleine parkje bevinden zich in een zone van beschermde monumenten en stadsgezichten (K.B. van 30/07/1981).
De bomenrijen van plataan en linde bepalen het stadsbeeld en begeleiden de Coupure en de wegen erlangs. Ze staan aan de rechterzijde en de linkerzijde van de Coupure, een kunstmatige waterloop in het centrum van Gent. Deze bomen werden geplant na de aanleg van de kanalen (ca 1785) om promenades te creëren. De dubbele bomenrij lijnde zo een pad af voor voetgangers en een voor paarden. Toen was de Coupure nog een landelijke omgeving met weinig bebouwing.
De Sint-Agnetasluiskom, -brug en het brugwachtershuisje aan het zuideinde van het Coupurekanaal zijn op hun beurt een uitzonderlijk historisch en industrieel-archeologisch geheel.
De sluiskom, nu beter gekend als de Minerva Haven met plezierbootjes, gaat terug tot de aanleg van de Coupure in 1751-1753.
De huidige Sint-Agnetabrug is een ijzeren ophaalbrug en dateert van 1951.
Minister Bourgeois: “Het is de nog enige bewaarde ophaalbrug over de Coupure in Gent en een zeldzaam voorbeeld van een ijzeren ophaalbrug in stedelijke context.” De stalen constructie is uitgevoerd met liggers door de “Ateliers de Construction de Courcelles-Nord, Henri-Pélerin”, een belangrijk ijzerconstructieatelier in Henegouwen.
Het brugwachtershuisje in kleurrijke baksteen dateert van 1908 en is het enige overblijvende aan de Coupure. Dit soort gebouw was nodig om de brug te bedienen voor de binnenscheepvaart, maar is ondertussen een zeldzaam beeld. Vandaag doet het dienst voor de “Passanten haven”.
De 19de-eeuwse afsluitingen met gietijzeren gedateerde balusters met onder meer het Gentse stadswapen en buisleuningen tussen leeuwenkopjes zijn zeldzaam wordende relicten van oud straatmeubilair.
Links en rechts van de Coupure staan nog verschillende meerpalen (1852, 1857, van 1862, 1863, 1869, 1883 en 1884) die getuigen van de vroegere binnenscheepvaart.