N-VA Gent dient motie in over oorlog in Oekraïne. Anneleen Van Bossuyt (N-VA): “Belangrijk om ook als stad de Russische inval in Oekraïne krachtig te veroordelen”

Gents N-VA-fractieleider Anneleen Van Bossuyt: “De brutale inval in Oekraïne – onze Europese buur – is zonder meer schokkend. Het menselijk leed dat we elke dag op onze schermen zien, is hartverscheurend: gezinnen die uit elkaar worden gerukt, mensen die alles kwijt zijn, kinderen en volwassenen die door raketinslagen worden vermoord. Ook als stad moeten we dit Russische oorlogsgeweld krachtig veroordelen. Daartoe hebben we met N-VA een motie ingediend in de gemeenteraad. Ik hoop dat alle partijen ons initiatief zullen steunen.”

Van Bossuyt: “Deze motie zal de oorlog niet stoppen. Maar het is belangrijk dat zoveel mogelijk instanties en overheden elk op hun niveau nee zeggen tegen deze sinds de Tweede Wereldoorlog in Europa ongeziene oorlogsagressie. Voor de mensen in Oekraïne kunnen de wereldwijde sympathie en steunbetuigingen, samen met alle ondertussen al opgelegde sancties, een steun zijn in hun verzet tegen Vladimir Poetins buitenlandse invasiemacht.”

Van Bossuyt: “Even belangrijk is het om nee te zeggen tegen de manier waarop de Russische overheid het protest van zijn eigen burgers tegen de oorlog met geweld en intimidatie in de kiem probeert te smoren. Dit soort staatsterreur is onverzoenbaar met de Europese democratische waarden die we ook hier in Gent hoog in het vaandel dragen. We moeten goed het verschil blijven maken tussen het autoritaire Russische regime enerzijds en de Russische bevolking anderzijds.”

Van Bossuyt: “Veel Gentenaars hebben al meteen blijk gegeven van grote solidariteit met Oekraïne. Hulpgoederen worden massaal ingezameld, busjes met materiaal zijn al vanuit Gent onderweg naar de Oekraïense grens, mensen willen Oekraïense vluchtelingen thuis opvangen. Het is hartverwarmend om te zien hoeveel burgers hun steentje willen bijdragen. Gent heeft dan ook een historische traditie in het weerstaan van en rebelleren tegen eigenmachtige potentaten.”

Van Bossuyt: “Maar het stadsbestuur moet ook zijn verantwoordelijkheid opnemen. Minister-president Jambon heeft alle lokale besturen gevraagd om samen met de Vlaamse overheid werk te maken van collectieve opvangmogelijkheden voor de vluchtelingen uit Oekraïne. Vaak gaat het om vrouwen met kinderen, die dankzij een Europese beslissing automatisch een legaal verblijfstatuut zullen krijgen. Ik heb daarom gevraagd aan burgemeester de Clercq welke locaties de Stad Gent hiervoor ter beschikking kan stellen en om hoeveel plaatsen het zal gaan.”

Van Bossuyt besluit: “De humanitaire crisis in Oekraïne vindt plaats op ons eigen continent, in ons eigen Europa, aan onze achterdeur om zo te zeggen. We zijn het als Gentenaars en als Vlamingen verplicht om onze Europese buren zo veel als we kunnen bij te staan. Ook als lokaal bestuur moeten we onze verantwoordelijkheid opnemen.”