U bent hier
Nederlands geen voorwaarde meer, vooral juiste achtergrond telt. Gert Robert (N-VA): “Diversiteitsbeleid stadspersoneel slaat door”
Gisteren presenteerde het stadsbestuur zijn nieuwe diversiteitsplan voor het stadspersoneel. Opvallend is dat de kennis van het Nederlands niet altijd meer een voorwaarde is om bij de stad te werken. Ook opmerkelijk is dat niet langer de best scorende kandidaat zal geselecteerd worden, maar wel die met de ‘juiste’ achtergrond (buitenlandse herkomst, seksuele geaardheid, …). N-VA-fractieleider Van Bossuyt: “Dit zijn volgens ons absoluut niet de juiste keuzes. Als stad moeten we gewoon kiezen voor de meest competente mensen, ongeacht hun persoonlijke achtergrond. Alleen zo kunnen we een zo goed mogelijke dienstverlening garanderen. En dat is toch wat telt voor de Gentse burgers.”
Van Bossuyt: “Het diversiteitsplan stelt letterlijk dat bij bepaalde vacatures de kennis van het Nederlands niet of minder relevant is en dat men Nederlands kan leren op de werkvloer. Blijkbaar is een degelijke kennis van onze taal dus niet altijd meer een voorwaarde in het stedelijke aanwervingsbeleid. Dat kan voor ons niet. Bovendien druist dit ook in tegen de taalwetgeving. Lokale overheden mogen immers alleen mensen aanwerven die een aantoonbare kennis van de landstaal hebben. Dit spreekt eigenlijk vanzelf. Ik zal daarom een voorstel indienen in de gemeenteraad om een degelijke kennis van het Nederlands ondubbelzinnig als voorwaarde te stellen bij aanwervingen.”
Gemeenteraadslid Gert Robert: “Een degelijke kennis van het Nederlands is een vanzelfsprekendheid voor een goede communicatie op de werkvloer. Hoe ga je anders als leidinggevende opdrachten duidelijk maken aan je medewerkers? Hoe ga je als collega’s overleggen of tijdens de pauze een praatje slaan? En minstens even belangrijk: het kan toch niet dat een burger een stadsmedewerker – aan het loket, bij werken in de straat of in het park, enz. – niet in het Nederlands zou kunnen aanspreken? Mensen ergeren zich terecht wanneer ze niet in behoorlijk Nederlands geholpen worden.”
Van Bossuyt: “Met N-VA willen we ook diversiteit bij het stadspersoneel, in de zin dat het goed is dat er medewerkers zijn met uiteenlopende profielen en verschillende achtergronden. Dat stimuleert creativiteit en kruisbestuiving. Maar vooral willen we de beste mensen selecteren, de mensen die de meest geschikte competenties hebben voor de job. Dat is maar fair tegenover de sollicitanten ook. En wie wil er nu aangeworven worden omdat hij of zij bijvoorbeeld de juiste kleur of geaardheid heeft? Dat is toch eigenlijk denigrerend naar die mensen toe? Van hokjesdenken gesproken!”
Robert: “Het stadsbestuur wil sollicitanten niet langer rangschikken van de laagst tot de hoogst scorende kandidaat. Men wil alle sollicitanten vanaf een bepaalde score op gelijke voet stellen. En binnen die groep hebben mensen van buitenlandse herkomst dan voorrang. Dat kan voor ons niet. In het belang van de Gentse burgers zijn we het verplicht om de mensen die het best scoren aan te werven.”
Van Bossuyt besluit: “Dat Groen-schepen Van Braeckevelt met dit plan komt, dat begrijp ik nog vanuit zijn ideologie. Maar dat OpenVLD-burgemeester De Clercq en CD&V hier alweer gewoon in mee gaan, daar kan ik moeilijk bij. We moeten ermee stoppen om mensen te herleiden tot hun herkomst of achtergrond. Het zijn de persoonlijke kwaliteiten van de individuele mensen die we centraal moeten stellen.”